Dirigent en pianist Ed Spanjaard is een unieke persoonlijkheid in het huidige klassieke muzieklandschap van Nederland.
Succesvol zowel op het concertpodium als in de orkestbak, heeft hij affiniteit met een breed scala aan muziekgenres, van klassiek tot hedendaags.
Zijn cd-opnames bestrijken een breed repertoire, variërend van concertaria’s van Mozart, opera’s van Verdi en Poulenc, tot werken van Ton de Leeuw en Rudolf Escher met het Nederlands Kamerkoor, die met Edisons werden bekroond.
Gedurende 37 jaar was hij de dirigent van het Nieuw Ensemble,
dat talloze wereldpremières verzorgde, o.a. op de festivals van Berlijn, Milaan en Parijs.
Hun dvd van Pierre Boulez ‘Eclat’ werd gemaakt in samenwerking met de componist.
In Nederland dirigeerde hij alle orkesten, waaronder geregeld het KCO (Koninklijk Concertgebouworkest), in het buitenland orkesten van München tot Dallas.
Van 2001 tot 2012 was hij chef dirigent van het Limburgs Symfonieorkest.
Bij zijn afscheid daarvan programmeerde hij Debussy’s zelden uitgevoerde
‘Le Martyre de Sébastien’ met een vernieuwde tekst van Ramsey Nasr
en choreografie van Toer van Schayk.
Operaproducties leidde hij onder andere in Frankfurt en Parijs, en vele in Nederland; bij de Nationale Reisopera een zeer succesvolle ‘Ring des Nibelungen’ van Wagner.
Spanjaard heeft ook een grote liefde voor het koorrepertoire, vaak in samenwerking met orkesten: de Bach-passies, de Requiems van Brahms en Verdi, Stabat Maters van Rossini, Dvorak en Szymanowski zijn enkele voorbeelden.
In 2002 verzorgde hij de muziek tijdens het huwelijk van Willem-Alexander en Maxima. In 2022 werd hem door de koning de Eremedaille voor Kunst en Wetenschap uitgereikt.
Sinds 2012 is Ed Spanjaard hoofdvakdocent voor orkestdirectie aan het Conservatorium van Amsterdam.
In het tv seizoen 2023- 2024 was hij de voorzitter van de jury van het populaire tv programma ‘ Maestro’ Waarna bijna 2 miljoen mensen keken
Maarten Koningsberger studeerde bij uitmuntende leermeesters als Max van Egmond, Udo Reinemann, Elisabeth Schwarzkopf en Margreet Honig. Koningsberger heeft zich in zijn carrière ontwikkeld tot een zeer veelzijdig en internationaal veelgevraagd zanger. Hij wordt over de hele wereld uitgenodigd en zong o.a. in de Staatsoper Berlin, de Wigmore Hall in London, de Hong Kong Philhamonic, het Theater an der Wien, de Philharmonie in München en de Bejing Concert Hall met onder meer The Academy of Ancient Music, het Concertgebouw Kamerorkest en het Rotterdams Philharmonisch Orkest, The Orchestra of the Age of Enlightenment, Les Arts Florissants, Tafelmusik Toronto en Der Akademie Alte Musik Berlin, met dirigenten als Jaap van Zweden, William Christie, Jeffrey Tate, Gustav Leonhardt, René Jacobs, Gennady Roshdenstvenski, Marin Alsop, Mark Minkowski, Ton Koopman, Richard Egarr en Christophe Rousset. Geroemd om zijn warme stemgeluid en beeldende tekstbehandeling is Maarten Koningsberger ook zeer geliefd om zijn liedrecitals, die hem eveneens over de hele wereld voeren, van het Concertgebouw tot de Carnegie Hall in New York en van de Esplanade in Singapore tot de Baxter Concert Hall in Kaapstad. Naast het traditionele liedrepertoire schuwt hij het experiment niet, zo maakte hij een succesvolle cd met Die schöne Müllerin met begeleiding van twee gitaren, Schumann Liederen (o.a. Dichterliebe) met het Matangi Kwartet en Jazzy repertoire en het Trio Nico van der Linden. Hij heeft inmiddels een 30-tal cd’s opgenomen, o.a. Beethoven, Schubert, Brahms, Schumann, Mahler, Fauré, Purcell, Ravel, Campra, Mondonville, Bach, Mendelssohn, Milhaud en Esher. Zijn cd met Purcell Songs werd door het toonaangevende blad Gramophone verkozen tot ‘Editors Choice’. Maarten was vele jaren docent aan het Amsterdams Conservatorium, het Conservatoire National Supérieur de Musique et de Danse de Paris en het Centre de Musique Baroque de Versailles.
Bernard Loonen studeerde aanvankelijk vliegtuigbouw in Delft. In 1980 werd hij aangenomen bij het Koor van het Concertgebouworkest, en sindsdien heeft de muze hem niet meer losgelaten.
De TH-Delft werd verruild voor het Koninklijk Conservatorium Den Haag, vanwaar hij in 1988 met zijn diploma solozang de wereld introk. Die trek bracht hem naar vier continenten met een repertoire van vijf eeuwen muziek uit alle genres en bezettingen waarin zang een rol speelt.
De luisteraar in hem hoort graag niet-vocale muziek: omnivoor van bijna alles sinds Monteverdi. Voor de uitvoerder in hem geldt: veel Mozart, Bach en Britten. Hij laaft zich graag aan liederen van Ralph Vaughan Williams en Frank Bridge, Beethoven en Brahms, Camille Saint-Saens en Charles Trenet.
Nikolaus Harnoncourt is een grote inspiratiebron, maar ook Ella Fitzgerald en Tony Bennett, al evenzeer als Dietrich Fischer-Dieskau en Peter Pears.
Hij neigt naar de denkwijze dat, als vroeger niet álles beter was, er toch meer te koesteren valt dan vandaag de dag het geval is.
Voorts is hij van mening dat Bach naar Afrika moet, en zet zich daarvoor in via de stichting Classical Futures.
Helena Bickel studeerde solozang aan de Musikhochschule Freiburg. Op dit moment wordt ze gecoacht door de internationaal gerenommeerde zangpedagoge Margreet Honig in Amsterdam.
Zij is een veelgevraagd soliste en heeft in de afgelopen jaren een breed concertrepertoire opgebouwd. Ze zong onder andere Der Tod Jesu (Graun), Weihnachts Oratorium en Passies van Bach, Messiah (Händel), het Requiem van Mozart, Elias (Mendelssohn) en de Petite Messe Solennelle (Rossini). Recente hoogtepunten waren Messiah met het Bachchor Freiburg onder leiding van Hannes Reich en een kinderconcert met het Freiburger Barockorchester onder leiding van René Jacobs. Tevens werkte Helena met de dirigenten Berthold Botzet, Hans-Michael Beuerle, Jörg Straube, Frank Markowitsch, Christian Drengk, Steffen Schreyer en Anthony Scheffer.
Helena heeft ook een grote passie voor hedendaagse muziek. Zo zong ze de wereldpremière van de liedcyclus ‘Weltfrieden und so’ van Clemens K. Thomas. In 2021 zou ze haar medewerking verlenen aan de Donaueschinger Musiktagen, maar helaas werd dit concert afgelast vanwege de coronamaatregelen. In maart van dit jaar zal zij te horen zijn in de wereldpremière van een werk van Manfred Schreier en ook werken van Gerard Bunk ten gehore brengen in St Reinoldi in Dortmund.
Helena heeft haar medewerking verleend aan verschillende operaproducties van de Young Opera Company Freiburg en het Institut für Musiktheater Freiburg. Hier was ze te horen als ‘Mrs. Jaffet’ in de opera ‘Noye’s Fludde’ van Benjamin Britten, ‘Komár’ in de opera ‘Het sluwe Vosje’ van Janáček, ‘Sandrina’ in de opera ‘La finta giardiniera’ van W.A. Mozart en ‘Julia’ in de operette ‘Der Vetter aus Dingsda’ van E. Künneke. Ook was ze meermaals succesvol in internationale concoursen en te horen in het Grachtenfestival in Amsterdam als deel van het Performing Opera-programma.
Al enige jaren werkt zij samen met filmcomponist Matthias Weber. Zo zong zij onder andere in de Oostenrijkse documentaire ‘Wem erzählen? een deel uit de Mauthausencantate van Mikis Theodorakis.
Er zijn veel woorden die Claudia Kamaris kunnen beschrijven: uniek, getalenteerd en charismatisch. Claudia Kamaris is bovenal authentiek.
Ze zingt met eerlijkheid en vanuit de ziel. Kunst, vertelkunst en zang worden in perfecte harmonie gecombineerd.
Claudia Kamaris studeerde zang bij Kammersänger (KS) Andrzej Saciuk en KS Prof. Jeanne Piland (docente aan de Robert Schumann Hochschule in Düsseldorf).
Zij volgde masterclasses bij KS Christa Ludwig, KS Helene Donath en Emily Rawlins Struckmann, Vera Schönenberg (docente aan de Mozarteum Universiteit in Salzburg/Payerbach).
In 2011 kreeg Claudia Kamaris haar eerste engagement in het Tiroler Landestheater/Intendanz KS Prof. Brigitte Fassbaender in Innsbruck en veranderde ze van beroep uit passie voor het zingen.
In 2015 werd zij Ensemblelid van de Opera van Frankfurt.
Zij zong de rol van Dorabella (Così fan tutte) in 2017 & Neris (Medea) in 2018.
Soloprojecten zijn Claudia Kamaris’ passie.
Concertreizen brachten haar naar Oostenrijk, Italië, Frankrijk, Duitsland en Nederland.
Zij zong o.a. de altpartij in de Matthäus Passion in de orkestratie van Johann Sebastian Bach in de orkestratie van Robert Franz in de Sint Jansbasiliek in Laren onder leiding van Jan Stulen, die haar uitdrukkelijk had aangenomen vanwege het bijzondere timbre van haar stem.
In 2017 trad Claudia Kamaris op tijdens de Passie voor Bach in Naarden onder leiding van Andrew Wise.
Hier zong zij een concert met fragmenten uit alle Bach Passies (Matthäus, Johannes en Marcus).
Zij heeft vele recitals gezongen in Duitsland, Oostenrijk, Nederland, Italië en Frankrijk.
Bijzondere concerten en cd-opnamen zijn gepland .
In ‘24/’25 is een Theatershow langs theaters in de planning, waarin tien operaheldinnen worden belicht.
Haar repertoire wordt voortdurend uitgebreid en de mezzo-sopraan staat open voor uitdagingen van eigentijdse klassieke muziek.
December 2023 zong Claudia Kamaris in het Concertgebouw in Amsterdam en de Grote Kerk in Naarden de altpartij in Händels Messiah .
De jonge bas-bariton Joris van Baar zong recent de rol van Varja in Holland Opera’s De Kersentuin (N. Idelenburg) en bij De Nationale Opera in de wereldpremière van Animal Farm (A. Raskatov). NRC schreef over zijn vertolking van de titelrol in Divorce of Figaro (W.A. Mozart & N. Idelenburg): “een echte Figaro, gewiekst en vitaal”. De pers roemde ook zijn vertolking van Christus (Matthäus-Passion): “het was de vleesgeworden kwetsbaarheid” (Dagblad van het Noorden). Eerder zong hij onder andere Hobson (Peter Grimes), Figaro (Le nozze di Figaro), Aeneas (Dido & Aeneas), Lorenzo (I Capuleti e i Montecchi) and Publio in La Clemenza di Tito. Als liedzanger was hij vaak te horen op festivals, radio, televisie en in masterclasses bij onder andere Dr. Bretton Brown, Joyce Fieldsend, Margreet Honig, Simon Keenlyside, Bejun Mehta en met Thomas Quasthoff in het Concertgebouw, Amsterdam. Na een vooropleiding muziektheater aan Fontys Hogeschool voor de Kunsten in Tilburg studeerde hij verder aan het Conservatorium van Amsterdam, waar hij in 2021 zijn masterdiploma met onderscheiding behaalde.
Freek Borstlap (Den Haag 1950) studeerde viola da gamba bij Sigiswald en Wieland Kuijken. Zijn carrière als solo- en ensemblespeler bracht hem in vele landen en op praktisch alle continenten.
Rond 1989 richtte hij het ensemble The Spirit of Gambo op, een viola da gamba-ensemble dat voornamelijk consort-muziek uitvoert. Met dit ensemble maakte hij meerdere bekroonde cd-opnamen, onder andere van het werk van Christopher Simpson, John Jenkins, Orlando Gibbons en Christopher Tye. Maar ook meer solistisch maakte hij meerdere opnamen, onder andere met muziek van Francois Couperin, Johann Schenk en August Kühnel.
Als bariton-speler soleerde hij o.a. bij het Combattimento Consort Amsterdam en is hij de spil in het Nederlands Baryton Trio.
Daarnaast is hij op internationaal niveau een veel gevraagd docent ensemblemuziek.
Wybe Kooijmans ontving zijn muzikale vorming als kind van Rutger van Mazijk; vervolgens studeerde hij aan de Verenigde Muzieklycea te Hilversum en het Sweelinck Conservatorium in Amsterdam, hoofdvak orgel. Hierna volgde hij enige malen de Meestercursus van de Franse organist Jean Guillou. Talloze adviezen van een oud-registrant van destijds Nederlands bekendste organist, Feike Asma, waren zeer aan hem besteed.
Na gedurende een aantal jaren organist te zijn geweest aan een aantal Gooise kerken werd hij in 1987 benoemd als een van de organisten van de Grote Kerk in Naarden; sedert 2004 is hij er hoofdorganist.
Als begeleider deed hij veel ervaring op bij vele koren en solisten, waaronder de fluitist Thijs van Leer. Hij is als repetitor verbonden aan Ex Animo (Leiden), Concertkoor Baarn en de Nederlandse Händel Vereniging.
Hij geeft met enige regelmaat orgelconcerten in Nederland, bovendien concerteerde hij in o.a. Duitsland, Engeland en Frankrijk.
Van 2000 tot 2004 maakte hij deel uit van de redactie van ‘Zingend Geloven’, daarna als lid van een van de werkgroepen die de samenstelling van de publicatie van het huidige liedboek ‘Zingen en bidden in huis en kerk’ (2013) voorbereidden.
In de serie ‘Musica Selecta’ verzorgde hij de uitgave van onuitgegeven (versies van) koraalbewerkingen van Feike Asma; sedert 2004 maakt hij deel uit van de jury van het jaarlijkse Feike Asma Concours voor jonge organisten. Van Wybe verscheen een aantal koraalbewerkingen voor orgel.
Het Bach Orkest is een internationaal projectorkest, zorgvuldig samengesteld uit een mix van ervaren topmusici afkomstig uit gerenommeerde Nederlandse orkesten en veelbelovend jong talent.
De afgelopen jaren manifesteerden ze zich in verschillende samenstellingen bij uiteenlopende gelegenheden op podia in binnen- en buitenland als een flexibel ensemble van hoog artistiek niveau.
Onder de naam Nieuw Amsterdam Mendelssohn Kamer Orkest voerden de musici werken uit als Bachs Weihnachts Oratorium, Händels Messiah, Mozarts Requiem, Dvoraks Stabat Mater en diverse Missen van Beethoven en Cherubini, het herdenkingsconcert van De slag om de Schelde.
Als Bach Orkest speelde het ensemble in o.a. 2023 de Matthäus Passion op verschillende plaatsen in Nederland.
Bach Concertkoor
De basis van het Bach Concertkoor wordt gevormd door een kern van geschoolde
zangers, die op basis van het project Matthäus Passion ieder jaar bij elkaar komen
om een aantal Matthäus Passies uit te voeren en zo samen muziek te maken
op een zo hoog mogelijk niveau.
De instudering en leiding is in handen van Arjan Veen.
Utrechts Kinderkoor
Het Utrechts Kinderkoor is een van de koren van de Zangschool Utrecht.
De Zangschool Utrecht werd in 2000 opgericht door Thea Bakker om kinderen de gelegenheid te geven om met hun stem op hoog niveau te musiceren.
In de Zangschool wordt gewerkt aan de kwaliteit van zingen, aan stemvorming, noten lezen, podiumpresentatie en aan het plezier in zingen.
De laatste jaren zongen de gevorderde kinderen (Utrechts Kinderkoor, Cappella Canta) mee in diverse grote werken waarbij een kinderkoor wordt gevraagd, zoals The Mass of the Children van J. Rutter, Utrechts Requiem, Carmina Burana van C. Orff, Matthaüs Passion van J.S. Bach. Het Utrechts Kinderkoor behaalde in 2022 voor de vijfde keer een Eerste Prijs op het Europees Muziekfestival in Neerpelt. Het studentenkoor Intonacatore deed voor de eerste keer mee en behaalde een Eerste Prijs Cum laude. De kinderen staan regelmatig op grote podia zoals Muziekgebouw aan ’t IJ, Nationale Opera en TivoliVredenburg. Maar zij doen ook mee aan tv- en radioprogramma’s.